Instantie: Kantonrechter Leeuwarden, 6 december 1990

Instantie

Kantonrechter Leeuwarden

Samenvatting


Verzoekster wil dat gedaagde ƒ 180,– aan haar betaalt omdat zij aan
haar ex-man een bijstandsuitkering betaalt. Verweerster weigert dit omdat er
geen causaal verband bestaat tussen de huidige werkloosheid van haar ex-man en
hun huwelijk. Haar ex-man was gedurende het huwelijk beschikbaar voor de
arbeidsmarkt.

Kantonrechter wijst de vordering van de gemeente af.

Volledige tekst

OVERWEGINGEN:

1. Verzoekster, verder aan te duiden als de gemeente verleent ingevolge
de Algemene Bijstandswet sedert 1 oktober 1988 bijstand aan E. H. te Zwolle.

2. De gemeente stelt, dat verweerster, verder De K. te noemen, jegens H.
onderhoudsplichtig is in de zin van artikel 55 lid 1 sub e van de ABW. Op
grond daarvan zoekt de gemeente verhaal op de K. terzake van de aan H.
verleende en nog te verlenen bijstand met ingang van 1 mei 1990 tot een bedrag
van ƒ 180,00 per maand.

3. De K. heeft het verzoek bestreden. Zij heeft in de eerste plaats de
gestelde onderhoudsplicht betwist. Zij heeft daartoe de volgende feiten
aangevoerd. Toen H. en zij trouwden, studeerden zij allebei. Zij kregen een
dochter, die nu negen jaar oud is. Toen H. was afgestudeerd kon hij een baan
krijgen voor een jaar. Dat contract werd niet verlengd, omdat zijn werkgever
hem niet geschikt vond. Toen De K. zelf was afgestudeerd, zijn H. en zij
allebei gaan solliciteren. Zij vond toen een baan. H. is blijven solliciteren,
echter zonder succes. H. en zij hebben geen afspraak gemaakt over de vraag,
wie van hen zou gaan werken en wie voor hun dochter zou zorgen.

4. Deze feiten zijn door de gemeente niet betwist, zodat de
kantonrechter aanneemt dat deze juist zijn. Op grond daarvan is hij van
oordeel, dat De K. niet onderhoudsplichtig is in de zin van voormelde
wetsbepaling, omdat er kennelijk geen causaal verband bestaat tussen de
huidige werkloosheid van H. en zijn door echtscheiding ontbonden huwelijk met
de K. . H. heeft zijn studie voltooid, terwijl De K. voor hun nu negen jaar
oude dochter zorgt. De omstandigheid, dat hij en De K. getrouwd zijn geweest,
vormt daarom kennelijk geen beletsel voor zijn beschikbaarheid op de
arbeidsmarkt.

5. Er is dus niet voldaan aan de voorwaarde voor toepassing van artikel
55 lid 1 aanhef en onder e zodat het verzoek moet worden afgewezen.

VERWEERSCHRIFT

E. de K., verder te noemen “de vrouw”, wonende te Leeuwarden, te dezer
zake domicilie kiezende te Leeuwarden aan de Ossekop no. 13 ten kantore van de
advocaat en procureur mr M. J. Wijma-Oostveen, die ten deze als haar
gemachtigde zal optreden;

dat de vrouw heeft kennisgenomen van het door de gemeente Zwolle,
ingediend verzoekschrift strekkende tot bepaling dat de vrouw maandelijks ƒ
180,00 aan de gemeente Zwolle zal dienen te voldoen, voor zolang de
bijstandsverlening aan de heer H. zal voortduren;

dat de vrouw zich met de inhoud van dit verzoekschrift niet kan
verenigen en hiertegen verweer wenst te voeren.

TOELICHTING:

De vrouw is van oordeel dat haar financiele situatie dusdanig is, dat er
geen ruimte is voor betaling van enige bijdrage aan rekwestrante, hetgeen moge
blijken uit de navolgende draagkrachtberekening:

inkomen:
– netto ƒ 2353,22

Uitgaven:
– (norm eenoudergezin) ƒ 1429,71
– woonlasten
– rente en aflossing hypotheek ƒ 245,52
– eigenaarsdeel onroerend-goedbelasting ƒ 7,58
– erfpachtscanon – 5,08
– onderhoud (forfaitair) – 125
+++++++++
ƒ 383,18
In norm begrepen ƒ 264
Rest ƒ 119,18

1. premie levensverzekering ƒ 9,67
2. persoonlijke lening Postbank – 200
3. verwervingskosten – 41
4. huishoudelijke hulp – 168,75
5. oppas – 276
6. kosten omgangsregeling – 60
7. homeopatische arts – 50
8. lening auto – 250
+++++++++
ƒ 1055,42
+++++++++
ƒ 2604,31

De bovenstaande berekening behoeft op een aantal punten enige
toelichting.

persoonlijke lening Postbank

Deze lening is door parijen ten tijde van het huwelijk aangegaan in
verband met de kosten van de verbouwing en de aanschaf van een auto.

oppaskosten

De vrouw betaalt aan oppas ƒ 5,00 per uur gedurende 12 uur per week;
daarnaast dient zij aan overblijfkosten ƒ 16,00 per maand te voldoen.

huishoudelijke hulp

De vrouw heeft een full-time baan. Zij heeft gedurende een morgen in de
week huishoudelijke hulp ad ƒ 37,50 per morgen. Dat de vrouw niet over
betalingbewijzen beschikt, behoeft mijns inziens geen nadere toelichting.

kosten omgangsregeling

Der partijen minderjarige kind is woonachtig bij de vrouw en brengt
tweemaal per maand een bezoek aan de heer H. Partijen dragen de kosten van de
omgangsregeling gezamenlijk, hetgeen impliceert dat de vrouw tweemaal per
maand de reiskosten Leeuwarden-Zwolle voor haar rekening dient te nemen. Gelet
op het feit dat ook de Rechtbank bij alimentatieberekeningen met een
dergelijke post rekening houdt, lijkt mij reeel om deze onkosten bij de
berekening mee te nemen.

homeopatische arts

Der partijen minderjarige kind lijdt aan chronische bronchitus. Teneinde
te voorkomen dat dit kind te frequent penicilline-kuren voorgeschreven krijgt,
heeft zij zich gewend tot een homeopatische arts in de hoop de ziekte langs
natuurlijke weg onder controle te kunnen krijgen. Globaal dient de vrouw
maandelijks aan consulten en medicatie ƒ 50,00 te voldoen. Deze kosten worden
niet gedekt door enige ziektekostenverzekering.

persoonlijke lening auto

De vrouw is recentelijk tot de aanschaf van een nieuwe auto overgegaan
daar haar vorige auto, elf jaar oud, slechts APK goedgekeurd kon worden,
indien er voor ƒ 3.000,00 reparaties zouden worden uitgevoerd. Teneinde de
aanschaf van de nieuwe auto te kunnen financieren, heeft de vrouw recentelijk
een bedrag van ƒ 6.000,00 van haar vader, Jan Willem de K. geleend, terug te
betalen in maandelijkse termijnen van ƒ 250,00. Tevens heeft de vrouw in de
afgelopen maanden ƒ 200,00 gereserveerd ter financiering van de aanschaf.

dat de vrouw op grond van het bovenstaande van oordeel is dat er bij
haar geen ruimte bestaat voor betaling van enige bijdrage aan rekwestrante;

dat hierbij wordt overlegd:

prod.1 – de verklaring omtrent inkomen en vermogen met bijbehorend
toevoegingsformulier;

prod.2 – afschrift schuldbekentenis d.d. 10 september 1990 betreffende
de persoonlijke lening auto;

prod.3 – afschrift van een rapport van de garage Toussaint d.d. 26 april
1990

Redenen, waarom de vrouw zich wendt tot U Edelachtbare Heer
Kantonrechter met het eerbiedige verzoek de gemeente Zwolle in haar verzoek
niet-ontvankelijk te verklaren, danwel het verzoek af te wijzen.

Rechters

mr. W.K.F. Hangelbroek, kantonrechter en K. Kimkes als griffier.