Instantie: Raad van Beroep Den Bosch, 21 maart 1988

Instantie

Raad van Beroep Den Bosch

Samenvatting


Aan klaagster is met ingang van 1 april 1962 een invaliditeitsrente
ingevolge de Invaliditeitswet (IW) alsmede een toeslag ingevolge de Wet tot
aanvulling van renten krachtens de IW en de Kinderbijslagwet voor
rentetrekkers toegekend

Met ingang van 5 januari 1984 is klaagster duurzaam gescheiden van haar
echtgenoot gaan leven. In verband hiermede heeft zij verweerder op 19
november 1984 verzocht haar een uitkering ingevolge de AAW te verlenen.
Verweerder heeft geweigerd klaagster een uitkering krachtens de AAW toe te
kennen

Klaagster heeft tegen de bestreden beslissing, voor zover daarbij is
verstaan dat haar geen uitkering ingevolge de AAW toekomt, beroep bij de Raad
doen instellen

De Raad ziet geen reden om voor uitkeringen als de AAW artikel 26 van
het BuPo-verdrag vanaf 1 januari 1980 rechtstreekse werking te ontzeggen. De
Raad verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing

Volledige tekst

Rechters

Mw. Mr. J.M.A. van der Kolk-Severijns (voorzitter), D.J. Coehoorn enJ.M.G.M. Hekkens als leden