Rechtbank Amsterdam oordeelde op 1 mei 2018 dat ontslag op staande voet een te zware sanctie was voor een 58-jarige man die op een kerstborrel een vrouwelijke collega lastig viel. Acht dagen na dit incident werd de man die bijna 40 jaar bij het bedrijf werkte op staande voet ontslagen.
De kantonrechter stelt vast dat niet is gebleken van eerdere overtredingen dan wel ongewenst gedag. De op zichzelf onaanvaardbare gedragingen hebben dus het karakter van een incident. Bovendien heeft de werkgever de persoonlijke omstandigheden van de man, zijn goede staat van dienst en de verstrekkende (financiële) gevolgen van ontslag op staande voet onvoldoende meegewogen. Er staan de werkgever andere sancties ter beschikking.
De kantonrechter oordeelt dat het ontslag op staande voet onterecht is. Van een eventuele verstoorde werkrelatie is onvoldoende onderbouwing en bewijs aangedragen. ECLI:NL:RBAMS:2018:3327