Ontbinding arbeidsovereenkomst wegens verwijtbaar handelen c.q. seksuele intimidatie

Op 20 maart 2018 publiceerde rechtspraak.nl een half jaar eerder gedane uitspraak van Rechtbank Noord-Holland: ontbinding wegens (ernstig) verwijtbaar handelen (seksuele intimidatie), met gedeeltelijk toekenning transitievergoeding.  ECLI:NL:RBNHO:2017:11593

Het betrof een supermarktmanager tegen wie door een werkneemster bij de assistent supermarktmanager melding was gemaakt van seksuele intimidatie. Nadat de assistent de zaak had doorgeleid naar de leidinggevende van de manager zijn door verschillende medewerksters ook klachten ingediend. De leidinggevende heeft snel samen met de HR Business manager een gesprek gehad met de supermarkt manager en deze vanaf dat moment op non-actief gesteld met behoud van salaris.

Relevant zijn de cao-bepaling inzake bestrijding van seksuele intimidatie, vermelding in de gedragsregels, de folder Ongewenste omgangsvormen en (landelijke) Klachtenregeling Ongewenste Omgangsvormen van het bedrijf, die onder meer voorziet in een vertrouwenspersoon en een klachtencommissie.
Werkgever verzoekt ontbinding wegens verwijtbaar handelen, c.q. seksuele intimidatie jegens verschillende medewerkers (met opsomming van de gewraakte gedragingen en overlegging van, geanonimiseerde maar wel ondertekende, verklaringen van de betreffende medewerksters).
De kantonrechter verwerpt het verweer van de manager uitvoerig en gemotiveerd. Zo acht de kantonrechter niet noodzakelijk dat klagers en gedrager zich tegenover elkaar dienen uit te spreken, gelet op de gezagsverhouding en de aard van de verweten gedragingen. Ook verwerpt de kantonrechter het verweer dat betrokkene eerst gewaarschuwd had moeten worden, ook gelet op het feit dat een supermarktmanager een voorbeeldfunctie vervult.
De kantonrechter ontbindt de arbeidsovereenkomst wegens ernstig verwijtbaar handelen en ziet termen voor gedeeltelijke (ong. 50%) toekenning van de transitievergoeding.