Instantie: Rechtbank Utrecht, 2 april 2008

Instantie

Rechtbank Utrecht

Samenvatting

In de bodemprocedure die het proefprocessenfonds Clara Wichmann, de Vereniging voor Nederlandse vrouwelijke artsen en een aantal individuele artsen en advocaten aanhangig had gemaakt bij de rechtbank Utrecht tegen verzekeraar Movir over onder andere de wachttermijn van twee jaar voor het geldend kunnen maken van een recht op zwangerschapsuitkering heeft de rechtbank de vorderingen van eiseressen afgewezen. De rechtbank oordeelt in de eerste plaats dat de zwangerschapsverzekering en de arbeidsongeschiktheidsverzekering afzonderlijke regelingen zijn en daarom niet met elkaar vergeleken kunnen worden. Binnen de zwangerschapsverzekering wordt naar het oordeel van de rechtbank geen onderscheid naar geslacht gemaakt. Hiernaast is de rechtbank van oordeel dat Movir geen onderscheid naar geslacht maakt door arbeidsongeschiktheid als gevolg van zwangerschapsverlof niet op een lijn te stellen met andere vormen van arbeidsongeschiktheid. Het staat niet vast, aldus de rechtbank, dat vrouwen gedurende 16 weken rondom de bevalling arbeidsongeschikt zijn en bovendien zijn zwangerschap(sverlof) en arbeidsongeschiktheid naar hun aard wezenlijk verschillende situaties.

Volledige tekst

Rechters

mr. H.J. Schepen, mr. M. van Delft-Baas, mr. H. Phaff