Instantie: President Rechtbank Alkmaar, 26 oktober 2000

Instantie

President Rechtbank Alkmaar

Samenvatting


Gedaagde wordt – na langdurige belaging van eiseres – verboden om een internetpagina
te (laten) openen waarin eiseres wordt genoemd. Tevens wordt aan gedaagde
een contact-verbod opgelegd, waaronder mede begrepen het contact per e-mail
en internetverkeer.

Volledige tekst

HET VERLOOP VAN DE PROCEDURE

Ter terechtzitting van 20 oktober 2000 heeft eiseres gesteld en gevorderd
overeenkomstig de in fotokopie aan dit vonnis gehechte dagvaarding alsmede
de wijziging van eis als vervat in de
pleitnotities van haar procureur.

Gedaagde heeft de vordering bestreden.

Na verder debat hebben partijen de stukken, waaronder van beide zijden
pleitnotities, overgelegd en vonnis gevraagd.

De inhoud van alle stukken wordt als hier ingelast beschouwd.

DE BEHANDELING VAN DE ZAAK

1. De uitgangspunten
1.1 Eiseres is sedert 1990 werkzaam bij de gemeente X. Gedaagde is werkzaam
geweest bij de gemeente X.
1.2 Op of omstreeks 29 september 1997 heeft eiseres tegen gedaagde een
klacht ingediend bij de Klachtencommissie Seksuele Intimidatie wegens intimidatie
door gedaagde jegens haar. Bij rapportage van 19 februari 1998 heeft deze
commissie geoordeeld dat de klacht niet-ontvankelijk is, aangezien eiseres
nadrukkelijk had verklaard zich geïntimideerd te voelen, maar niet seksueel
geïntimideerd, en de klachtenregeling slechts van toepassing is bij seksuele
intimidatie.
1.3 Gedaagde is door de gemeente X ontslag verleend met ingang van (uiteindelijk)
1 april 1999.
1.4 Bij brief van 21 juli 1999 heeft gedaagde aan eiseres onder meer meegedeeld
voornemens te zijn diverse klachten over haar bij het college van Burgemeesters
& Wethouders (hierna: B & W) van de gemeente X in te dienen.
Bij brieven van 4, 11, 18, 22 en 23 augustus 1999 en 2 oktober 1999 heeft
gedaagde op grond van diverse redenen klachten over eiseres bij B & W van
de gemeente X ingediend. Van deze brieven heeft gedaagde steeds een afschrift
naar het privé-adres van eiseres gestuurd. Een aantal van deze klachten
heeft gedaagde tevens per fax naar de gemeente X gezonden.
Bij brief van 7 november 1999 aan B & W van de gemeente X heeft gedaagde
gereageerd op de weigering van B & W om de klacht van 22 augustus 1999
in behandeling te nemen. Van deze brief heeft gedaagde een afschrift naar
het privé-adres van eiseres gestuurd.
1.5 Eiseres heeft gedaagde op 22 december 1999 en op 1 maart 2000 gesommeerd
om op geen enkele wijze, mondeling of telefonisch en/of schriftelijk contact
te zoeken met eiseres en/of haar echtgenoot. Voorts is gedaagde gesommeerd
de correspondentie over eiseres naar de gemeente X – de werkgever van eiseres
– te staken.
1.6 In juli 2000 heeft gedaagde de teksten van de volledige correspondentie
tussen hem en de gemeente X over eiseres alsmede alle processtukken die
zijn gewisseld in de diverse procedures die gedaagde tegen de gemeente
X voert of heeft gevoerd in een eigen homepage op het Internet gezet. Onder
deze teksten bevinden zich vertrouwelijke stukken en persoonlijke stukken
van eiseres.
1.7 Bij brief van 28 september 2000 heeft eiseres gedaagde gesommeerd de
homepage binnen 24 uur van het Internet te verwijderen.
Gedaagde heeft de homepage op 11 oktober 2000 verwijderd, nadat zowel eiseres
als de gemeente X aangifte bij de politie hadden gedaan in verband met
smaad en laster en de gemeente X gedaagde had meegedeeld dat zijn handelwijze
consequenties zou hebben voor zijn recht op wachtgeld.

2. DE VORDERING

Eiseres vordert, na wijziging van eis, dat de president – kort gezegd –
gedaagde verbiedt opnieuw een dergelijke homepage te openen op het Internet
of te laten openen door derden en gedaagde verbiedt voor de duur van een
jaar na betekening van dit vonnis contact te zoeken met eiseres of haar
lastig te vallen, daaronder begrepen het benaderen van familieleden van
eiseres, alsmede het benaderen van de werkgever van eiseres anders dan
in het kader van een procedure, alles op straffe van een dwangsom.
Zij heeft hiertoe onder meer het volgende aangevoerd.
Door het creëren van de homepage heeft gedaagde jegens eiseres onrechtmatig
gehandeld. Of gedaagde dat zelf ook zo ziet, betwijfelt eiseres ten zeerste.
Eiseres heeft dan ook geen vertrouwen in de toezegging dat gedaagde niet
opnieuw een dergelijke homepage zal maken.
Gedaagde heeft slechts toegezegd zich aan onderdelen van het contactverbod
te zullen houden. In deze toezegging heeft eiseres geen vertrouwen nu eerdere
sommaties zijn genegeerd of slechts tijdelijk hebben gewerkt.

3. HET VERWEER

Gedaagde heeft als verweer onder meer het volgende aangevoerd.
Eiseres heeft op onjuiste gronden een klacht wegens seksuele intimidatie
op het werk tegen gedaagde ingediend.
De sommaties van eiseres zijn van een zo strikte aard dat gedaagde niet
meer in staat zou zijn om onjuiste aanvallen aan zijn adres te pareren,
danwel zelf bij de gemeente X klachten in te dienen tegen de in zijn ogen
onrechtmatige handelwijze van eiseres.

4. DE GRONDEN VAN DE BESLISSING

Als onweersproken staat vast dat gedaagde jegens eiseres onrechtmatig heeft
gehandeld met het plaatsen van de hiervoor beschreven homepage op het Internet.
In het kader van de onderhavige procedure heeft gedaagde er geen blijk
van gegeven de ernst van dat handelen in voldoende mate in te zien. Nu
het plaatsen van de homepage is voorafgegaan door eerder grensoverschrijdend
gedrag van gedaagde, nameljk het in de maand augustus 2000 vijf maal een
afschrift aan eiseres zenden van de klachten die gedaagde over haar in
die maand bij de gemeente X heeft ingediend, is er voldoende grond voor
toewijzing van de gevorderde voorzieningen zoals hierna vermeld.
Niet valt in te zien op welke grond gedaagde, nu hij zelf niet meer werkzaam
is bij de gemeente X, nog klachten kan indienen over eiseres bij haar werkgever,
zodat het verweer van gedaagde inhoudende dat hij de vrijheid moet hebben
dit te kunnen doen reeds om die reden geen doel treft.
De gevorderde dwangsom zal worden gematigd en gemaximeerd. Gedaagde zal
als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de proceskosten.

DE BESLISSING

De president:

– verbiedt gedaagde na betekening van dit vonnis, een nieuwe homepage te
openen op het Internet of te laten openen door derden, waarin correspondentie
en/of (proces)stukken staan weergegeven waarin de naam/persoon van eiseres
voorkomt danwel wordt genoemd dan wel de werksituatie en/of functie van
eiseres bij de gemeente X betreffend, of daarnaar verwijzend, een en ander
op straffe van verbeurte van een dwangsom van ƒ 500 voor iedere dag dat
gedaagde dit verbod overtreedt met een maximum van te verbeuren dwangsommen
van ƒ 15.000;

– verbiedt gedaagde voor de duur van een jaar na betekening van dit vonnis
mondeling, schriftelijk of op welke wijze van communicatie dan ook, waaronder
begrepen e-mail en internetverkeer, contact te zoeken met eiseres of haar
lastig te vallen, daaronder begrepen het benaderen van familieleden van
eiseres, alsmede het met betrekking tot eiseres benaderen van haar werkgever
anders dan in het kader van een procedure, een en ander op straffe van
verbeurte van een dwangsom van ƒ 500 per overtreding met een maximum aan
te verbeuren dwangsommen van ƒ 15.000;

– veroordeelt gedaagde in de kosten van het geding, tot op heden aan de
zijde van eiseres begroot op ƒ 472,97 aan verschotten en op ƒ 1.550 aan
salaris van de procureur;

– verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;

– weigert het meer of anders gevorderde.

Rechters

Mr. Warnink