Instantie: Centrale Raad van Beroep, 30 oktober 1997

Instantie

Centrale Raad van Beroep

Samenvatting


Appellant is van mening dat in de pensioenberekening ongeoorloofd onderscheid
wordt gemaakt tussen in voltijd werkenden en in deeltijd werkenden en dat
daardoor indirect onderscheid naar geslacht wordt gemaakt dat strijdig
is met
artikel 119 EG-verdrag. De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat van
dergelijke discriminatie geen sprake is. Daartoe overweegt de Raad dat
appellant geen echte deeltijdwerker is. Bovendien voegt de Raad hier aan
toe
dat hij overigens in de bepalingen die de pensioenberekening betreffen
geen
discriminatie heeft kunnen ontwaren.

Volledige tekst

Rechters

Mrs Treffers, Stevens, Geerling-Brouwer