Instantie: Rechtbank Arnhem, 2 april 1997

Instantie

Rechtbank Arnhem

Samenvatting


Eiseres vordert van gedaagde schadevergoeding van ƒ 15 000, een straatverbod
en het ondergaan van een HIV-test omdat hij haar heeft verkracht. De
president van de rechtbank veroordeelt gedaagde om aan eiseres een voorschot
op de schadevergoeding van ƒ 15 000 te betalen, hij verbiedt gedaagde om zich
gedurende één jaar op het terrein van het psychiatrisch ziekenhuis, waar
eiseres verblijft, te bevinden op verbeurte van een dwangsom. Bovendien moet
gedaagde binnen vijf dagen na betekening van het vonnis op eigen kosten een
HIV-test ondergaan, onder verbeurte van een dwangsom.

Volledige tekst

Het verloop van de procedure

Eiseres heeft gedaagde ter terechtzitting in kort geding doen dagvaarden en
bij mondelinge conclusie van eis gevorderd als weergegeven in de dagvaarding.
Gedaagde is noch in persoon, noch vertegenwoordigd door een procureur ter
terechtzitting verschenen.
De advocaat van eiseres heeft de vorderingen toegelicht.
Daarbij heeft zij producties in het geding gebracht.
Tenslotte zijn de processtukken voor het wijzen van vonnis overgelegd.

De verstekverlening

De voor de dagvaarding voorgeschreven formaliteiten zijn in acht genomen.
Overeenkomstig het verzoek van eiseres wordt daarom verstek verleend tegen
gedaagde.

De vaststaande feiten

Als onweersproken staat tussen partijen vast hetgeen door eiseres in de
dagvaarding is gesteld.

De vordering

Eiseres vordert, kort gezegd:
a. gedaagde te vorderen tot betaling van ƒ 15 000,
b. gedaagde te verbieden zich op het terrein van het Psychiatrisch Ziekenhuis
Wolfheze te bevinden en binnen een straal van een kilometer rond genoemd
terrein, op straffe van verbeurte van een dwangsom,
c. gedaagde te gebieden op eigen kosten een HIV-test te ondergaan, op straffe
van verbeurte van een dwangsom.

De beoordeling van de vordering

Het spoedeisend belang van de vordering vloeit voort uit de stellingen van
eiseres.
Het gevorderde komt voorshands noch onrechtmatig noch ongegrond voort. Het
zal daarom worden toegewezen. Wel is er aanleiding het totaal van de
gevorderde dwangsommen aan maxima te binden.

Als de in het ongelijk gestelde partij zal gedaagde in de kosten van dit kort
geding worden verwezen.

De beslissing

De president

1. veroordeelt gedaagde om aan eiseres bij wijze van voorschot op de
schadevergoeding te betalen een bedrag van ƒ 15 000 (vijftienduizend gulden),

2. verbiedt gedaagde om zich gedurende één jaar na betekening van dit vonnis
te bevinden op het terrein van het Psychiatrisch Ziekenhuis Wolfheze en
binnen een straal van één kilometer rond het terrein van genoemd ziekenhuis,

3. veroordeelt gedaagde om ingeval hij (na betekening van dit vonnis) het
onder 2 vermelde verbod overtreedt, aan eiseres een dwangsom te betalen van ƒ
500 per overtreding, echter tot een maximum van ƒ 5000,

4. veroordeelt gedaagde om binnen 5 dagen na betekening van dit vonnis op
eigen kosten een HIV-test te ondergaan met bepaling dat, ter keuze van
gedaagde, de uitslag van de test binnen 2 dagen na het bekend worden daarvan
schriftelijk wordt medegedeeld aan de advocaat van eiseres door de arts van
gedaagde, dan wel dat een machtiging wordt verleend aan de arts of de dienst
die het onderzoek doet verrichten om de uitslag hiervan schriftelijk aan de
advocaat van eiseres mee te delen,

5. veroordeelt gedaagde om ingeval hij (na betekening van dit vonnis) in
gebreke mocht blijven aan de onder 4 vermelde veroordeling te voldoen, aan
eiseres een dwangsom te betalen van ƒ 500 per dag, echter tot een maximum van
ƒ 5000,

6. veroordeelt gedaagde in de kosten van deze procedure, tot aan deze
uitspraak aan de zijde van eiseres bepaald op ƒ 800 voor salaris en op ƒ
530,45 voor verschotten,

7. verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,

8. weigert het anders of meer gevorderde.

Rechters

Mr Van Rossem