Instantie: President rechtbank Amsterdam, 7 januari 1988

Instantie

President rechtbank Amsterdam

Samenvatting


Ouders van M. willen dat hun dochter niet herkenbaar op de T.V.
verschijnt in de documentaire “Gezocht: lieve vader en moeder”. Deze
documentaire gaat over seksuele mishandeling van kinderen in de gezinsfeer en
bevat een aantal interviews met slachtoffers daarvan, naast enkele
gedramatiseerde scenes

Zij baseren deze vordering op de stelling dat zij, althans de moeder van
M., door uitzending van de documentaire op de televisie, die ze als een
inbreuk op hun persoonlijke levenssfeer beschouwen, omdat ook hun familieleden
en kennissen aldus van de “beschuldigingen” van M. aan het adres van haar
moeder kunnen kennisnemen, in hun eer en goede naam worden aangetast hetgeen
jegens hen onrechtmatig is

De moeder van M. wordt in de documentaire zo al niet van een
deelnemingsvorm aan een strafbaar feit (medeplichtigheid door het geven van
gelegenheid) dan toch in ieder geval beschuldigd van het willens en wetens
toelaten van een strafbaar feit, dat zij (wellicht) had kunnen verhinderen
In de betreffende scene speelt M., die hierbij herkenbaar in beeld komt,
de gebeurtenissen in haar leven die er toe hebben geleid dat zij in een
opvanghuis is terechtgekomen, te weten dat zij meermalen seksueel is misbruikt
door een buurman, waarbij haar moeder een of meermalen aanwezig is geweest
zonder in te grijpen

De gevolgen van het bekend worden hiervan in de kring rond de moeder van
M. mogen gevoeglijk als zeer stigmatiserend worden aangemerkt.
Hiertegenover staat evenwel het evidente belang van de oorspronkelijk
gedaagden bij openbaarmaking van de als bijzonder ernstig aan te merken
misstand

Een criterium is voorts de mate waarin de verdenkingen steun vonden in
het ten tijde van de publicatie beschikbare feitenmateriaal

Het wordt de gedaagden verboden om filmbeelden van de documentaire te
vertonen of te doen vertonen, waarin M. herkenbaar voorkomt

Volledige tekst

Rechters

Mr. B.J. Asscher